Een greep uit onze specialisten
Beantwoord een aantal vragen om er achter te komen welke specialist u nodig heeft in uw traject.
Dit duurt ongeveer 3 minuten.
Leestijd: 8 minuten
Als iemand komt te overlijden en – naast Nederlands vermogen – ook een vakantiehuis heeft in bijvoorbeeld Frankrijk, heeft de erfenis internationale aspecten. Of als de woonplaats Nederland is, al het vermogen zich in Nederland bevindt, maar hij een andere nationaliteit heeft. Of als de Nederlandse erflater kinderen heeft die in het buitenland wonen; ook dan zijn er internationale elementen waar rekening mee gehouden moet worden.
Ieder land heeft zijn eigen erfrechtregels. Het is daarom van belang te weten welk recht van toepassing is: is dat het recht van het woonland van de overledene, dat van zijn nationaliteit of juist het recht van het land waar het vermogen is? Het gaat dan onder meer om de vragen wie erfgenamen zijn, welke vorm een testament moet hebben en welke regels er gelden voor de afwikkeling van de nalatenschap. Het internationaal privaatrecht geeft antwoord op de vraag welk recht van toepassing is. Daarbij is het belangrijk te weten dat “het” internationaal privaatrecht (IPR) niet bestaat: ieder land kent zijn eigen IPR. Verder bestaan er behoorlijke verschillen tussen het erfrecht zelf van verschillende landen, bijvoorbeeld rond de rechten van de echtgenoot op de nalatenschap en die van de kinderen. Het is in grensoverschrijdende situaties dan ook van belang tijdig advies in te winnen en een testament te maken om onduidelijke of onnodig ingewikkelde (en kostbare) situaties te voorkomen.
Verder zijn ook de fiscale aspecten van groot belang. Hiervoor moet gekeken worden naar belastingverdragen tussen de betreffende landen.
Beantwoord een aantal vragen om er achter te komen welke specialist u nodig heeft in uw traject.
Dit duurt ongeveer 3 minuten.
Er zijn internationale aspecten aan uw nalatenschap, als u:
● vermogen in verschillende landen heeft;
● als Nederlander in het buitenland woont;
● in Nederland woont en (ook) een andere nationaliteit heeft;
● getrouwd bent (of een geregistreerd partnerschap heeft) en uw partner een andere nationaliteit heeft;
● of kinderen heeft die in het buitenland wonen.
De eerste vraag na een overlijden is of de overledene zelf een rechtskeuze heeft gemaakt (en of deze geldig is). Heeft de erflater in zijn testament vastgelegd welk recht van toepassing is op zijn erfopvolging (wie erft wat?) en de afwikkeling van zijn nalatenschap?
Geen rechtskeuze
Heeft de erflater geen rechtskeuze gemaakt, dan is de hoofdregel: het recht van de laatste gewone verblijfplaats is van toepassing. Dit is anders als de erflater kennelijk nauwere banden had met een ander land. Met andere woorden: het recht van het land waar iemand woonde op het moment van overlijden is van toepassing, behalve als hij duidelijk sterkere banden had met een ander land én dat aangetoond kan worden.
Hoofdregel zonder rechtskeuze:
Het recht van het land waar iemand zijn gewone verblijfplaats had op het moment van overlijden, bepaalt wie wat erft en hoe de nalatenschap moet worden afgewikkeld.
De ‘gewone verblijfplaats’ is in het internationaal privaatrecht een belangrijk begrip, dat niet per se gelijk is aan het begrip woonplaats. Het gaat hier om de maatschappelijke woonplaats: het land waarmee de overledene het meest verbonden is, op sociaal en maatschappelijk gebied. Dit wordt ook wel het centrum van het leven genoemd.
Stel dat de erflater de Nederlandse nationaliteit heeft, een vakantiehuis in Frankrijk had, maar de laatste zes maanden van zijn leven in Spanje woonde, omdat hij daar aan het overwinteren was. Dan moet bepaald worden wat het centrum van zijn leven was, aan de hand van alle aspecten die het leven van de erflater in de jaren voor zijn overlijden en op het moment van overlijden hebben gekenmerkt.
Voor het bepalen van de gewone verblijfplaats wordt bijvoorbeeld gekeken naar:
Dit is niet altijd een zwart/witte situatie, wat kan leiden tot onzekerheid over het recht dat bepaalt wie de erfgenamen zijn, welk deel zij erven en hoe de afwikkeling van de nalatenschap moet gebeuren.
De hoofdregel die hierboven is uitgelegd, geldt sinds 2015 in de meeste EU landen (niet in Ierland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk). In andere landen kunnen andere regels gelden. Het kan dan zelfs voorkomen dat verschillende rechtsstelsels van toepassing zijn, bijvoorbeeld van land A op de vererving van een huis en van land B op de rest van het vermogen.
Wel een rechtskeuze
De overledene kan ook een rechtskeuze hebben gemaakt, in een testament. Sinds 2015 kan de erflater in de meeste EU landen* kiezen voor het recht van het land waarvan hij de nationaliteit bezit op het moment van het maken van de rechtskeuze (het maken van het testament) of op het moment van overlijden.
Stel dat een Nederlander in Duitsland woont (permanent of tijdelijk), dan kan hij een rechtskeuze in zijn testament opnemen waarin hij het Nederlands recht van toepassing verklaart. Of iemand met de Nederlandse en de Spaanse nationaliteit kan kiezen voor het recht van één van beide landen. Andersom ligt het anders: een Duitser die in Nederland woont, kan geen expliciete rechtskeuze voor het Nederlands recht doen, ook niet als hij getrouwd is met een Nederlandse en al zijn vermogen in Nederland heeft. Hij zal van de hoofdregel gebruik moeten maken: als hij in Nederland woont op het moment van overlijden (en hij heeft niet expliciet voor het Duits recht gekozen), dan is in principe het Nederlands recht van toepassing.
Het bovenstaande geldt voor de erflater die op of na 17 augustus 2015 is overleden. Vanaf dat moment is de Europese Erfrechtverordening van toepassing in alle EU landen, behalve Ierland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk. Ook hier geldt dat in andere landen andere regels kunnen gelden, zelfs bij een rechtskeuze die geldig is vanuit Nederlands oogpunt.
Voor erflaters die vóór die datum zijn overleden, worden het van toepassing zijnde recht en de mogelijkheden voor een rechtskeuze op een iets andere manier bepaald. Zie daarvoor onderstaande uitleg.
Als de erflater vóór 17 augustus 2015 is overleden, gelden andere regels. Omdat er soms nog langlopende afwikkelingen van nalatenschappen zijn, volgt hier een uitleg van het oude recht.
Vóór deze datum was er geen EU-wetgeving van toepassing en moet naar de nationale wetgeving over internationale situaties gekeken worden. In Nederland waren de regels gebaseerd op het Haags Erfrechtverdrag uit 1989 (een verdrag waarmee ook bedoeld was internationaal duidelijkheid te verschaffen, maar wat niet goed uit de verf is gekomen, omdat maar weinig landen zich hieraan wilden verbinden).
Er werd een verschil gemaakt tussen het recht van toepassing op de vererving (wie erft wat?) en het recht van toepassing op de afwikkeling van de nalatenschap.
Recht van toepassing op de vererving
Grensoverschrijdende erfopvolgingen worden onderscheiden in drie categorieën.
Het bovenstaande geldt als de erflater zelf geen rechtskeuze had gemaakt. Dat kan hij natuurlijk wel gedaan hebben: voor het recht van zijn nationaliteit of het recht van zijn gewone verblijfplaats op het moment van het maken van de rechtskeuze of van zijn overlijden. Hij kán voor bepaalde specifieke vermogensbestanddelen een keuze gemaakt hebben voor het recht van een andere staat, als dat in zijn voordeel zou werken, ook al had hij geen enkele band met die staat. Een Nederlandse erflater koos bijvoorbeeld voor de vererving van zijn appartement in Duitsland voor het Franse recht (ook al had hij op dat moment geen enkele band met Frankrijk en ook niet de Franse nationaliteit). Die keuze is in principe geldig. Dat is niet zo voor zover de gekozen regels in strijd zijn met bepaalde regels van het Nederlandse erfrecht (dat volgens de hoofdregel van toepassing zou zijn). Doen ze dat wel, dan gaat het Nederlandse recht voor.
Een rechtskeuze die gedaan is in een testament gemaakt vóór 17 augustus 2015, is nog steeds geldig.
Recht van toepassing op de afwikkeling van de nalatenschap
Woonde de erflater het laatst in Nederland en was dat zijn gewone verblijfplaats, dan is het Nederlandse recht op de afwikkeling van de nalatenschap van toepassing. Dat geldt ook voor de verdeling van de nalatenschap, hoewel de erfgenamen wel de mogelijkheid hebben om ten aanzien van de verdeling een ander recht aan te wijzen.
Sinds in 2015 de Europese wetgeving over erfrecht in werking is gegaan, geldt ook dat er maar één Europese Verklaring van Erfrecht nodig is bij de afwikkeling van een nalatenschap binnen de EU*. Het is dus niet meer nodig om in de verschillende betrokken landen verklaringen van erfrecht op te vragen of procedures te volgen.
In een Europese Verklaring van Erfrecht staat wie erfgenamen zijn en welk recht van toepassing is op de nalatenschap. Met deze verklaring kunnen erfgenamen bewijzen dat zij erfgenaam zijn, bijvoorbeeld aan de bank. Ook legatarissen en executeurs kunnen de verklaring gebruiken om hun rechten aan te tonen. Als de verklaring is afgegeven, erkennen de andere EU-landen* deze zonder aparte procedure in het andere land.
In Nederland kunt u bij een notaris terecht voor een Europese Verklaring van Erfrecht. In andere landen kan dat ook de notaris zijn, een registratiekantoor of de rechtbank.
* Ook hier geldt weer dat dit niet van toepassing is voor Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk.
Voor belastingen gelden andere regels. Het bovenstaande is dus niet van toepassing op erfbelasting en andere belastingen die rond overlijden geheven worden. Hier kan ook géén rechtskeuze voor gemaakt worden.
De Nederlandse erfbelasting is van toepassing als:
In nalatenschappen met internationale aspecten kan het zijn dat ook in een ander land erfbelasting betaald moet worden. Dat hangt af van het recht van het andere betrokken land. Dat kan het land zijn waar de erflater woonde of veel verbleef, het land waar de erfgenamen wonen, of het land waar vermogen van de erflater is gelegen (bijvoorbeeld een huis).
Het komt ook voor dat volgens de wetgeving van beide landen belasting betaald moet worden vanwege het overlijden. Bijvoorbeeld: de overledene was Nederlander en woonde sinds 5 jaar in Duitsland. Zowel in Duitsland als Nederland zou erfbelasting betaald moeten worden. In zo’n situatie gelden vaak verdragen die tussen landen gesloten zijn om dubbele belasting te voorkomen (verdragen ter voorkoming van dubbele belasting). Nederland heeft met veel landen zulke verdragen gesloten. Dubbele heffing wordt dan meestal verrekend.
Als er internationale kenmerken zijn aan uw nalatenschap, dan is het van belang advies in te winnen over uw specifieke situatie. Is het nodig een testament te maken? Helpt een rechtskeuze in uw geval? Met welke belastingen moet u rekening houden en kunt u daar eventueel nog op besparen?
U kunt voor advies hierover bij een notaris, estate planner of internationaal erfrechtadvocaat terecht.
Ook als u erfgenaam bent in een grensoverschrijdende nalatenschap, bijvoorbeeld omdat de overledene in het buitenland woonde en u in Nederland, of andersom, dan kunt u bij een notaris terecht voor advies en – afhankelijk van de situatie – voor een Europese Verklaring van Erfrecht.
Beantwoord een aantal vragen om er achter te komen welke specialist u nodig heeft in uw traject.
Dit duurt ongeveer 3 minuten.
Wie zijn de erfgenamen?
Wie erft wat?
Hoeveel is de erfenis?
Afwikkeling van de nalatenschap
Wat is een executeur?
Samengesteld gezin en erfenis
Een kind onterven
Minderjarige kinderen en erfenis
Erfrecht & scheiding, onderneming of onterving?
Wat is een legaat?
Onterven: wat betekent dat?
Legitieme portie: wat is het en hoe werkt het?
Erfenis nalaten aan een goed doel: hoe doe je dat?
Op 17 januari 2024 verscheen een opiniestuk van Alles over Erven in De Telegraaf. Fred Schonewille en Marije de [...]
Voor iedere ouder is een kind verliezen het ergste wat je kunt bedenken. Toen de familie Janssen hun oudste zoon Wies [...]
Het huidige erfrecht is jarig en bestaat dit jaar twintig jaar. Dit ‘nieuwe’ erfrecht heeft mooie kanten, maar kent [...]